Volgens artikel 5 van de Arbowet zijn werkgevers verplicht tot het opstellen van een Risico Inventarisatie en Evaluatie (RI&E). De RI&E’s van veel organisaties is vaak ‘onder de maat’. Organisaties zien het als een verplichting en zien de meerwaarde er vaak niet, of onvoldoende, van in. Om de kwaliteit van de RI&E te verbeteren zijn onlangs de nieuwe eisen op de RI&E van kracht.
Inwerkingtredingsdatum
De wijzigingen in de eisen van de RI&E zijn 24 maart 2022 officieel gepubliceerd in de Staatscourant. Op 1 juli 2022 zijn de nieuwe eisen in werking getreden. De Nederlandse Arbeidsinspectie zal dan ook strenger gaan controleren op de RI&E bij organisaties.
De wijzigingen
De RI&E is een instrument om vast te stellen hoe het gaat met de veiligheid en gezondheid in een organisatie. Om dit (nog) meer te benadrukken gaan, zijn de volgende wijzigingen doorgevoerd:
- Het benoemen van onderliggende oorzaken.
Voorheen werd alleen het risico en de getroffen maatregel benoemd. In de nieuwe versie moet ook de onderliggende oorzaak van het risico worden benoemd. Dit om te voorkomen dat de RI&E als een afvinklijst met symptomen wordt gebruikt.
- Het beoordelen van de effectiviteit van maatregelen.
Het is nu verplicht voor organisaties om naast het opstellen van een RI&E en bijbehorend plan van aanpak, ook daadwerkelijk de effectiviteit van de genomen maatregelen te beoordelen. Bijvoorbeeld door dit mee te nemen in interne audits.
- Het stellen van andere eisen aan kerndeskundigen.
Tot op heden werden weinig eisen gesteld aan functionaris die de RI&E voor een organisatie opstelde. Om de kwaliteit van een RI&E toch te borgen moet deze, sinds de nieuwe eisen, getoetst worden door een gecertificeerde arbo-kerndeskundige. De hoger veiligheidskundige (HVK’er), de arbeidshygiënist (AH), de arbeids- en organisatiedeskundige (A&O’er) of een BIG-geregistreerde bedrijfsarts (BA) mag deze toets uitvoeren. Om gecertificeerd te blijven moet een arbo-kerndeskundige kunnen aantonen dat hij/zij actief is in het toetsen van en adviseren over de RI&E. Daarnaast moet worden aangetoond dat de werkzaamheden worden uitgevoerd volgens het schema. In de nieuwe RI&E worden dus strengere eisen gesteld aan deze kerndeskundigen.
- Een tweedeling bij toetsing van de RI&E.
In de oude versie mocht de kerndeskundige de volledige RI&E toetsen. Dit is opmerkelijk, want hoe kan één vakspecialist alle arborisico’s toetsen? Daarom is een tweedeling in de toetsing van de RI&E ingesteld. Er moet een systeemtoets en een scopetoets worden uitgevoerd. Bij een systeemtoets kan elk van de vier kerndeskundige de RI&E beoordelen op de volgende vier algemene eisen: volledigheid, betrouwbaarheid, actualiteit en actuele inzichten. Als uit de systeemtoets blijkt dat er op een bepaald gebied onvoldoende is beschreven, dan moet de expert op dat gebied een scopetoets uitvoeren. De scopetoets gaat dieper in op de afzonderlijke vakgebieden. Er wordt gekeken of alle risico’s juist en afdoende in kaart zijn gebracht. Dit vraagt om inhoudelijke kennis van de arbo-kerndeskundige. In de nieuwe eisen is opgenomen welke arbo-kerndeskundige over welke expertise beschikt.
Extra aandachtspunten
Naast de inhoudelijke wijzigingen, die in de RI&E worden doorgevoerd, zijn er een aantal zaken die extra aandacht nodig hebben. De afgelopen tijd zijn bijvoorbeeld COVID-19 en seksuele intimidatie veel in het nieuws. Dit zijn onderwerpen die ook binnen een organisatie kunnen spelen en dus invloed hebben op de RI&E.
- Benoem de risico’s van thuiswerken.
Na ruim twee jaar veel thuiswerken zal een hybride vorm van werken ontstaan, waarbij deels thuis en deels op kantoor wordt gewerkt. Wanneer structureel wordt thuisgewerkt moet de werkgever een thuiswerkbeleid opstellen die zich richt op de (nieuwe) arbeidsrisico’s die verbonden zijn aan thuiswerken en hybride werken. Hybride werken vormt aanleiding voor het actualiseren van de RI&E op de grootste risico’s bij thuiswerken, namelijk psychosociale arbeidsbelasting (PSA) en fysieke belasting. Belangrijke onderwerpen zijn ergonomisch verantwoord beeldschermwerk, contact en sociale steun, scheiding tussen werk en privé en specifieke risicogroepen.
- Specifieke aandacht voor seksuele intimidatie.
Als werkgever ben je verplicht werknemers een veilige werkplek te bieden. Seksuele intimidatie hoort daar niet in thuis. Het is een vorm van ongewenst gedrag en valt onder de psychosociale arbeidsbelasting (PSA). Helaas zien we in het nieuws steeds vaker berichten over seksuele intimidatie op de werkvloer. Des te belangrijker om dit onderwerp in de RI&E extra aandacht te geven. Denk eens na over de volgende zaken: leg beleid over seksuele intimidatie schriftelijk vast, wijs een vertrouwenspersoon aan, maak afspraken over seksuele intimidatie en stel bedrijfsregels en een klachtenregeling op, geef aandacht aan werksituaties die seksuele intimidatie in de hand werken, geef voorlichting, zorg voor toezicht en spreek elkaar aan op gedrag en uitlatingen.
Altijd op de hoogte?
Altijd op de hoogte over de laatste wijzigingen in wet- en regelgeving? Schrijf je dan in op onze nieuwsbrief!
Aanmelden nieuwsbrief
Bron: Arbo-online, Hybride werken vraagt om actualisering RI&E (Inspectie SZW), SER